– Het is hartstikke leuk om geld te krijgen. Maar als puntje bij paaltje komt hebben wij het geld niet nodig.
Dat zegt Ineke Due-Schovers, leerkracht Nederlands aan NTC De Duiventil in Tromsø. De school verzorgt onderwijs in Nederlandse taal en cultuur voor kinderen in de basisschoolleeftijd. Elke woensdagmiddag krijgen de kinderen les op een basisschool in de stad.
Due, die een mastergraad Nederlands heeft, geeft al decennia lang les. Toen buitenlandse kinderen in Noorwegen nog recht hadden op onderwijs in hun eigen taal, gaf ze Nederlandse les op een aantal scholen. Toen dat recht verviel, werd De Duiventil opgericht. Het lespunt gaat na de vakantie haar vijfentwintigste jaar in. Al die tijd met Due als leerkracht. Het aantal leerlingen varieert per jaar. Dit jaar begonnen ze met negen, waarvan er nu nog vijf over zijn. Na de vakantie zijn er naar verwachting zeven leerlingen. De Duiventil is daarmee een klein lespunt, vergeleken met bijvoorbeeld de Nederlandse scholen in Stavanger, Oslo en Bergen.
Zoals bekend zijn er vergevorderde plannen om de subsidie voor Nederlands onderwijs in het buitenland te schrappen. Daar schreef ik over in deze blogpost. Voor ons betekent dat misschien dat we stoppen met het afstandsonderwijs via de Wereldschool, als we 1750 euro moeten gaan betalen voor een jaarpakket. Voor veel lespunten in het buitenland zal het op zijn minst grote problemen opleveren. Maar voor De Duiventil heeft de bezuinigingsmaatregel geen negatieve consequenties.
– We zijn nooit afhankelijk geweest van het geld en hebben een reserve opgebouwd. In de loop der jaren hebben we een goede bibliotheek opgebouwd. Ik heb alle boeken die ik wil hebben, zegt Due.
Lokalen en andere faciliteiten kunnen ze gratis gebruiken. Due geeft vrijwillig les naast een “gewone” baan als lerares Noors aan immigranten. De ouders betalen geen eigen bijdrage, maar moeten wel alle niet-onderwijskundige taken vervullen.
En die niet-onderwijskundige taken, dat zijn er nogal wat. Denk aan het aanvragen van de subsidies, het contact met de inspectie van de Stichting NOB, het beheer van de bankrekening. En niet te vergeten rapportages aan de Stichting NOB. Tenslotte moet de stichting controleren dat het onderwijs aan de criteria voldoet. Maar dat betekent wel een omvattende documentatieplicht en een enorme hoeveelheid papierwerk. Die moeten de ouders, op dit moment zijn het er vier, in hun vrije tijd afhandelen. Er is bij zowel leerkracht als ouders veel irritatie over die bureaucratische eisen.
Due citeert uit een rapportage van het laatste klanttevredenheid dat de Stichting NOB in 2012 liet uitvoeren. Aankondiging klanttevredenheidsonderzoek. Ik heb het op dit moment niet letterlijk. Het komt erop neer dat veel kleine scholen vinden dat de Stichting NOB veel goed werk doet, maar te veel bureaucratie met zich meebrengt. Daar herkennen Due en de ouders van de kleine school in Tromsø zich erg in.
Met het wegvallen van de subsidie is veel papierwerk in de avonduren niet meer nodig.
Maar zoals gezegd wijkt De Duiventil af van de meeste Nederlandse lespunten in het buitenland. Voor lespunten die een leraar, faciliteiten en lesmaterialen moeten betalen -en dat zijn de meeste – betekent het de ondergang. En dat vindt Due erg jammer. Voor kinderen die terugkeren naar Nederland na een langer verblijf in het buitenland is de overgang naar onderwijs in het Nederlands erg groot, als ze dat niet hebben kunnen bijhouden.