Eigenlijk wou ik voor jullie een nieuwe Hamsun-blogpost schrijven. Maar dat komt wel een andere keer – na die tocht vandaag.
De tocht naar het Åsevatnet in Lavangen is vrij makkelijk, dacht ik toen ik de routebeschrijving las. Je zet je auto bij het pomphuisje, vlak bij de plaats waar ik een keer in de grøfte reed. Je beklimt de Spånsgardstigninga, een hoogte van 530 meter over een afstand van 2,6 kilometer. Valt mee, dacht ik. En, dacht ik, het beginpunt is al lang niet op zeeniveau. Dus ik hoef misschien maar 400 meter ofzp te klimmen, dus ik ben lekker voor de lunch terug, dacht ik.
Bijna drie uur deed ik over de tocht. Onderweg opgewacht door pesterige vardes, steenhopen die vaak een reisdoel aanduiden. Maar deze keer niet, ging het pad daarna gewoon verder.
Het Åsevatnet was al die moeite waard. Wat een prachtig uitzicht.
En toen terug, struikelend over de boomstronken.
En kijken of ik morgen nog mijn nest uit kom.