– Een prachtig land, Noorwegen. Ik was net zestien toen ik mijn eerste trektocht op de Hardangervidda maakte. Ik heb ook geklommen in Lyngen. Achtentwintig jaar geleden heb ik daar nog wat van die hoge, spitse toppen beklommen. Top 1816 heb ik als eerste beklommen. Ik zou zo weer gaan.
Vice-admiraal Matthieu Borsboom is Commandant Zeestrijdkrachten en hij is zowel privé als zakelijk regelmatig in Noorwegen te vinden. Vorige week bezocht hij de grote oefening Flotex Silver in Noord-Noorwegen. Hier werken Nederlandse amfibische eenheden samen met Noorse eenheden.
De Noorse en de Nederlandse marine werken al vele jaren samen op tal van gebieden. Met onderzeeboten, mijnenbestrijding, gezamenlijk gebruik van oefenterreinen. Ook in Afghanistan werken ze samen. Ze volgen hetzelfde zware mariene trainingsprogramma FOST (Flag Officer Sea Training) in Zuid-Engeland.
– We zijn allebei professionele marines, die proberen er zoveel mogelijk uit te persen. We leggen de lat hoog. More is less, maar we stellen wel hoge eisen en daar gaan we ook voor.
Nederland en Noorwegen zijn ook strategische partners. Het zogenoemde Memorandum of Understanding is dit jaar vernieuwd en begin 2012 wordt van de Noorse kant het zogenoemde Defense White Paper verwacht. Onderzocht wordt hoe de samenwerking verder verbreed en verdiept kan worden.
– Het is gewoon prettig werken. Je hebt niet heel veel vergaderingen en tijd en woorden nodig om zaken te doen. Het is altijd van “tsjak, tsjak, dit wil ik, dit wil jij, vinden we elkaar”. Een heel eerlijke relatie. Als ze iets niet zien zitten, zeggen ze dat ook. Het is niet zoals in sommige andere landen, waar je wel eens aan het lijntje wordt gehouden.
Borsboom merkt wel dat je niet gauw heel dicht op de huid van de Noren komt.
– Het is makkelijk zaken doen, maar dat is wat anders dan dat je in elkaars huiskamer terecht komt. Er blijft altijd een gerespecteerde afstand. Vervelend is het niet, maar het is wel heel moeilijk om heel dicht bij elkaar te komen.
Maar soms komt het toch tot persoonlijke relaties en zelfs emigratie, als de vonk overslaat tussen een liaison officer en een Noorse. Dan verliest de Nederlandse marine een werknemer, maar goed. – Mooi dat we dat ook nog kunnen doen. We exporteren ook nog kwaliteit.
Inmiddels is de Noorse Commandant der Strijdkrachten gekomen met zijn “vakinhoudelijk-militaire aanbevelingen” voor de toekomstige structuur van het leger. Downloaden kan hier: Forsvarssjefens Fagmilitære Råd (Noors). Zoals al uitgelekt was wil Sunde gevechtsvliegtuigenbasis Bodø verplaatsen naar Ørlandet. Een aantal andere landmacht- en luchtmachtonderdelen verdwijnt ook uit Noord-Noorwegen als Sunde zijn zin krijgt. Eerder is de onderzeebootbasis Olavsvern bij Tromsø al verplaatst naar Bergen. De plannen leiden natuurlijk tot veel commotie in Noord-Noorwegen, ook al zijn er ook mensen die stellen dat het leger juist versterkt wordt als de plannen doorgaan. In elk geval in het midden van Troms, in elk geval de landmacht. De provincie Finnmark blijft ongemoeid.
Ik sprak Borsboom een paar dagen voordat Sundes plannen officieel werden. Hij wilde natuurlijk niet veel commentaar geven. Wel denkt in het algemeen hij dat uiteindelijk Noorwegen steeds meer aanwezig zal zijn in het noorden. De grote hoeveelheden olie, vis en mineralen en het vrijkomen van de noordelijke zeevaartroute maken dat nodig.
– Ik denk dat de tendens zal zijn om steeds meer om de noord te verplaatsen. De belangen zijn groot, de reserves zijn enorm. Uiteindelijk zul je toch je belangen zeker moeten stellen door er te zijn. Je verdeelt je zodanig dat je ook aanwezig bent in een strategisch belangrijk gedeelte.