Gisteren heb ik het examen Samisch gehaald. Net als de andere acht leerlingen die een intensieve cursus volgden bij het Samische taalcentrum in Lavangen. Een prettig gesprek met een leraar in de studio en de examinator in Kautokeino op het televisiescherm. Dat slechts de helft van haar hoofd was te zien maakte het alleen maar makkelijker. Mijn hervertelling van ‘Het vrouwtje van Stavoren’ ging er goed in. Verder vertelde ik over schrijfster Laila Stien, die getrouwd blijkt te zijn met een verwant van de leraar. Ons kent ons in de Samische wereld.
Er zijn sinds mijn vorige blogpost echt nog wel wat druppeltjes zweet en koffie gevloed. Niet veel bloeddruppels meer nadat de koffiezak klaar was. De luhkka, Samische poncho, kon je met de machine naaien van wol, dus geen geworstel meer met een te stompe naald door rendierleer. De luhkka is nog niet eens half af, maar dat is een goede reden om eens een echte cursus duodji , Samisch handwerk, te volgen.
Met deze goede taalresultaten hebben we ons gekwalificeerd voor een intensieve cursus van een half jaar bij de Sámi allaskuvla, de Samische Hogeschool in Kautokeino. Heb je die behaald, dan mag je vervolgens daar een studie gaan volgen in het Samisch.
Er wordt flink aangestuurd op het doen van die vervolgcursus. Met succes: zeven van ons hebben zich aangemeld voor januari. Ik hoop dat ze dit geregeld krijgen met hun werkgevers. De directeur van de basisschool in Lavangen stond vast niet te juichen toen ze hoorde dat maar liefst drie leerkrachten graag een half jaar weg willen.
Zelf vind ik het even genoeg nu. Maar wie weet over een tijd.