De slag om Narvik begon vandaag zeventig jaar geleden.
Duitse en Oostenrijkse torpedo’s brachten twee Noorse slagschepen tot zinken in de Ofotfjord, waarbij 282 voornamelijk jonge Noorse mannen omkwamen. Vervolgens konden ze makkelijk Narvik innemen, een stad die strategisch interessant was als doorvoerhaven van ijzererts uit het Zweedse Kiruna.
Noren, in samenwerking met Britse, Poolse en Franse geallieerden, sloegen terug. Op 12 april werden de Duitsers voor het eerst verslagen bij Lapphaugen in de gemeente Gratangen. Het werd een harde strijd onder barre omstandigheden, maar op 28 mei werd Narvik terugveroverd. Het zag er begin juni slecht uit voor de Duitsers die steeds verder werden teruggedrongen. Toen werden de geallieerden teruggeroepen naar het continent. Noorwegen moest zich alsnog overgeven.
De slag om Narvik was in 1940 wekenlang internationaal voorpaginanieuws. Voor het eerst werkten geallieerden succesvol samen en konden ze Duitse nederlagen toebrengen. Ervaringen hier zijn belangrijk geweest bij de planning van D-Day. De klappen die de Duitse marine kreeg verhinderden waarschijnijk de geplande invasie in Groot-Brittanniƫ herfst 1940.
In Noorwegen zelf is lang onevenredig veel aandacht geweest voor het verzet in het zuiden en was de slag om Narvik zo goed als vergeten. Generaal Gustav Fleischer die een heel belangrijke rol speelde in de slag kreeg onterecht een slechte naam. Dat is de laatste tijd gelukkig anders. Vorig jaar heeft de koning het ‘Oorlogshistorisch Landschap’ geopend met gedenktekens op zes plaatsen in dit gebied ten zuiden en noorden van de stad en naar de Zweedse grens. De E6 tussen Narvik en Bardufoss heet nu Generaal Fleischerweg.
Gisteren verscheen het boek Narvik 1940 van Oddmund Joakimsen (Noors). Volgens recensent Ivar Paulsen geeft het boek een indringend beeld van de moed en strijdlust die de slecht uitgeruste Noorse soldaten toonden.